Verwerking
- Maak de ondergrond stofvrij en droog. Vuil beperkt de hechting.
- Meet alles op en bepaal de juiste maat. Je kan de loodvervangers makkelijk op de juiste maat knippen.
- Vorm met je handen de loodvervanger in de gewenste vorm. Voor het vastzetten van de loodvervanger maak je gebruik van spijkers, schroeven of voegklemmen (bij een schoorsteen). Plaats de spijkers of schroeven om de 15-20 cm. Vermijd de randen van het materiaal om te voorkomen dat het scheurt. Gebruik voor het vastzetten nooit nietjes of een nietpistool.
- Nadat je de vervanger hebt vastgezet is het net zo belangrijk dat het goed aansluit op de ondergrond. Het goed laten aansluiten op de ondergrond doe je met een loodklopper of roller.
- Gebruik kit om de loodvervanger waterdicht af te sluiten. Breng de kit aan op de randen van de loodvervanger of in de voeg en strijk het glad met een spatel. Deze stap is zeker van belang als je beschikt over een plat of licht hellend dak.
Aanbevolen verwerkingstemperatuur + 5˚C